Bijkomende straf van 30 maanden voor Aarschotse dealer: “Wel intentie om agenten te doden”

Mr. Steven Van de Kerkhof stond de agenten van de politiezone Aarschot bij in deze procedure omtrent feiten van poging doodslag waarvan zij het slachtoffer waren. In eerste aanleg oordeelde de correctionele rechtbank dat de feiten konden worden gekwalificeerd als gewapende weerspannigheid, doch de beroepsrechters oordeelden dat de heer K.D.S. wel degelijk de intentie had om de agenten te doden, en zij besloten daarom tot de zwaardere kwalificatie van poging doodslag. De heer K.D.S. kreeg een bijkomende straf van dertig maanden effectieve gevangenisstraf.

De feiten dateren van 14 maart 2020 en speelden zich af op de Baileybrug in Mol, vlak bij de Nederlandse grens. De Aarschotse dealer K.D.S. stond toen al enige tijd op de radar van de politie wegens zijn handeltje in cannabis. “Uit onderzoek bleek dat hij regelmatig naar Nederland reed om drugs aan te kopen,” aldus de Aarschotse politieman tijdens de behandeling van de zaak door het hof van beroep, in oktober vorig jaar. “De Leuvense onderzoeksrechter had ons de opdracht gegeven om hem liefst zo dicht mogelijk bij de Nederlandse grens te onderscheppen.”

Baileybrug

En dus besloot de politie om K.D.S. klem te rijden op de smalle Baileybrug in Mol, waar slechts alternerend verkeer in beide richtingen overheen kan. “Toen hij de brug opreed, ben ik uitgestapt,” aldus de desbetreffende agent. “We lieten de auto die voor hem reed passeren. Daarna plaatste mijn collega zijn voertuig dwars over de brug. Maar de beklaagde, die met een zware BMW X5 reed, keek mij recht in de ogen en stuurde zijn wagen naar links. Hij kwam toen recht op mij afgereden.”

Vuurwapen

Het dossier kwam in 2022 voor de Leuvense correctionele rechtbank, waar K.D.S. veroordeeld werd tot vier jaar cel voor gewapende weerspannigheid, inbreuken op de drugswetgeving en het bezit van een vuurwapen met bijbehorende munitie, wat laatstgenoemde werd tijdens een huiszoeking aangetroffen. Maar ondanks die stevige straf was het Openbaar Ministerie niet helemaal tevreden. Procureur-generaal An Schoonjans vond namelijk dat het ook om een poging tot doodslag ging. “Hij had twee keuzes: stoppen of de politie rammen,” klonk het. “Hij koos ervoor om met een wagen die 2,5 ton weegt en in vijf seconden van 0 tot 100 kilometer per uur optrekt, in te rijden op de politie. Duidelijk is dat hij dat moedwillig gedaan heeft.” Schoonjans ging het echter enkel om de kwalificatie. Voor de strafmaat vorderde ze de bevestiging van de straf in eerste aanleg.

De verdediging pleitte echter voor vrijspraak, althans wat het incident in Mol betreft. “Plots kwam een zwarte wagen zonder signalisatie de brug opgereden,” aldus K.D.S. “In een reflex draaide ik het stuurwiel naar links. Pas na de aanrijding zag ik de politieman en toen ben ik in paniek weggereden. Ik zou nooit opzettelijk iemand aanrijden. Ik ben geen moordenaar.” Het drugsprobleem en het dealen ontkende de verdediging niet. Daarvoor werd een straf met uitstel gevraagd. “Hij heeft zijn auto niet als een wapen willen gebruiken. Hij raakte, zoals hij zelf ook verklaarde, in paniek en reed weg,” pleitte de advocaat van K.D.S.

Het hof was het hier niet mee eens en oordeelde dat de man wel de intentie had om de agenten te doden. Daarom werd een bijkomende straf van 30 maanden uitgesproken.

Wouter Hertogs op hln.be – 12/08/2024